Onze gelabelliseerden in actie: 8 originele ideeën die het milieubeheer in Brussel in beweging zetten
Gepubliceerd op 27-06-2025
In Brussel is het Label Ecodynamische Onderneming zoveel meer dan gewoon een erkenning voor milieubeheer. Het is een levend ecosysteem, dat tot stand komt met en voor de actoren op het terrein. Het biedt een gemeenschappelijk kader dat voortdurend evolueert, dankzij de mensen die zich elke dag weer inzetten om hun milieu-impact te verkleinen. Maar voor de organisaties met het Label blijft het niet bij de toepassing van goede praktijken. Ze zetten die net op hun kop, draaien ze binnenstebuiten, vinden ze opnieuw uit. Ze experimenteren, testen nieuwe manier om dingen te doen. Die zijn vaak eenvoudig, soms onverwacht, maar altijd afgestemd op de principes van een geëngageerd, pragmatisch en realistisch milieubeheer.
Daarom willen we in dit artikel acht originele initiatieven in de kijker zetten. Ze komen van organisaties met het Label die elk op hun eigen manier tonen dat een kleinere ecologische voetafdruk begint bij details in de dagelijkse manier van werken. En dat er niet één juist antwoord is, maar een heleboel wegen die leiden naar verandering.
1. Rioolwater om de kantoren af te koelen
Een goede praktijk die in gang werd gezet door de Stad Brussel – Brucity
Stad Brussel heeft ingezet op inventieve technologie: riothermie. Dankzij een partnerschap met VIVAQUA gebruikt het administratieve centrum Brucity rioolwater om zijn plafonds en dus de binnenkant van het gebouw af te koelen. Dat systeem vervangt traditionele energieverslindende airconditioning en dient voor de eerste zes verdiepingen van het gebouw. Zolang de buitentemperatuur onder 21 °C blijft, werkt het autonoom. Bij warmere temperaturen moet het systeem aangevuld worden door een machine om het gebouw van voldoende koeling te voorzien. Naargelang het weer is dat vaak het geval in de zomer, tussen mei en september. Die keuze vermindert het gebruikt van klassieke airconditioning en vormt een belangrijke stap voor milieubeheer in een stadsomgeving.
2. Herbruikbare operatiemutsen om het ziekenhuisafval te beperken
Een goede praktijk die ze bij Cliniques universitaires Saint-Luc invoerden
Sinds 2020 heeft Cliniques universitaires Saint-Luc de wegwerp-operatiemutsen deels vervangen door wasbare en herbruikbare stoffen modellen. Deze geleidelijke en bedachtzame transitie vermindert het totale gebruik van die artikelen elk jaar een stuk meer. Het is een eenvoudige maar doeltreffende goede praktijk, die andere organisaties in de gezondheidszorg kan inspireren.
3. Iconische bekleding voor buszitjes gerecycleerd op kantoor
Een goede praktijk van de MIVB – MCH Haren
Bij de MIVB gaat niets verloren en ondergaat alles een transformatie. Toen de oude bussen eind 2018 verdwenen naar aanleiding van de Lage Emissiezone (LEZ) bleven ze zitten met een onverwachte voorraad: de grijze stof van de zitjes die zo kenmerkend was geworden voor het Brusselse openbaar vervoer. In plaats van ze weg te gooien kwam het stoffeerderatelier in het depot van Haren met het upcyclingproject ‘Undercover’ op de proppen.
Dat moest die stof een tweede leven geven door ze te gebruiken om beschadigde stoelen en akoestische panelen in de open spaces mee te bekleden. Het resulteerde in minder afval, minder nieuwe aankopen … en veel creativiteit. In 2023 werden bijna 130 stoelen en 11 panelen opgeknapt dankzij 150 m² gerecupereerde stof. Een concrete manier om design, besparing en ecologie te laten samengaan.
4. Lokaal hout om mee te verwarmen of … op te gaan zitten
Een goede praktijk gezien bij de Bosbrigade van Leefmilieu Brussel.
Bij de Bosbrigade zoeken ze liever een nuttige toepassing voor dingen dan ze weg te gooien. Het hout van uitdunacties (geplande ingrepen om bepaalde bomen weg te halen en zo de groei van andere bomen te bevorderen) en stormhout (bomen die op natuurlijke wijze omgevallen zijn door weersomstandigheden) worden ter plaatse hergebruikt. Een deel ervan dient voor de verwarmingsketel. Van ander hout wordt met behulp van een mobiele zagerij bosmeubilair gemaakt voor het publiek. Met die aanpak volgens de korte keten blijft het transport beperkt en maken ze volop gebruik van lokale natuurlijke hulpbronnen.
5. Wasbare luiers in de crèche én thuis
Een inspirerende goede praktijk van de Sainte-Gertrudecrèche.
In samenwerking met Snappies (laureaat van BeCircular) heeft de gemeentelijke Sainte-Gertrudecrèche in Etterbeek een transitie ingezet naar wasbare luiers. Het initiatief is bedoeld voor de kinderen die er opgevangen worden, maar ook voor hun gezinnen. Met affiches, flyers en momenten van interactie met de ouders wil men de aanpak uitbreiden naar thuis. Een educatieve en duurzame goede praktijk, helemaal in lijn met waar het Ecodyn-label voor staat.
6. Een tweede leven voor binnenbanden door hergebruik
Een goede praktijk bedacht door en voor Urbike
Bij Urbike hebben kapotte binnenbanden recht op een tweede leven. Er worden spanbanden voor het materiaal van gemaakt. En als er te veel zijn, nemen de bezorgers ze mee voor persoonlijk gebruik. De zakken waarmee de bezorgers leveren worden trouwens gemaakt uit gerecycleerde banden. Een samenhangende aanpak om hergebruik te integreren in de dagelijkse praktijken van het vak.
7. Een polijstpasta op basis van water voor juwelen
Een goede praktijk die ze bij juwelierszaak Saskia Shutt toepassen
De Brusselse juwelenmaakster Saksia Shutt van Saskia Shutt Designs kiest voor haar gezondheid en voor het milieu. Ze gebruikt voortaan een polijstpasta op basis van water, met de naam Luxi. In tegenstelling tot de traditionele polijstpasta’s, die dierlijke vetten of siliciumdioxide bevatten, is dit alternatief minder giftig voor het milieu en voor de mens. Deze pasta is makkelijk schoon te maken, zonder schadelijke vetten maar is volgens de juwelenmaakster nog maar amper beschikbaar in België. Maar Saskia houdt vol en blijft haar leveranciers erover aanspreken. Die getuigenis toont aan dat goede praktijken ook voortkomen uit volharding. En dat organisaties zelfs op een kleine schaal dingen in beweging kunnen zetten.
8. Een hybride grasmat voor een groener terrein
Een goede praktijk die ze bij Royale Union Saint-Gilloise hebben toegepast
In het Joseph Marienstadion (Royale Union Saint-Gilloise) verwijst het groen van het terrein voortaan ook naar het engagement voor het milieu. Royale Union Saint-Gilloise heeft zijn natuurlijke grasmat ingeruild voor een hybride gazon, dat voor de helft bestaat uit synthetische en voor de helft uit plantaardige vezels.
Die technische keuze brengt minder besproeiing met zich mee en het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen blijft beperkt. In de winter hoeft er ook minder verwarmd te worden. Bovendien verloopt het onderhoud eenvoudiger, zonder dat de speelkwaliteit erop moet inboeten. Een zuiniger terrein dat tegen een stootje kan … en duurzamer is. Dit initiatief toont dat het zelfs in de sport loont om geen gras te laten groeien over milieubeheer.
Misschien komt het volgende goede idee wel van u?
Deze acht initiatieven tonen het aan: goede praktijken zijn niet in steen gebeiteld. Ze ontspruiten op het terrein en krijgen vorm naargelang de noden, overtuigingen, kleine aanpassingen van de dagelijkse manier van werken. Ze evolueren samen met u, uw teams, uw realiteit. Of u nu een kleine structuur of een grote organisatie bent, ook u kunt het milieubeheer in Brussel heruitvinden. Een heel simpel idee kan een nieuwe gewoonte worden, en vervolgens een inspiratiebron voor anderen.
Wilt u ons een originele praktijk laten ontdekken?
Vraagt u zich af of die past in het kader van het Label Ecodynamische Onderneming?
Laat ons iets weten via de helpdesk. Ons team staat klaar om naar u te luisteren, u te adviseren en samen met u stappen voorwaarts te zetten.