Ga naar hoofdinhoud
Helpdesk
Een initiatif van leefmilieu brussel

Stel uw technische installaties optimaal af! – deel 2: de ventilatie en de verlichting

Gepubliceerd op 20-03-2023

Op 25 oktober organiseerden Bruxeo en het Label Ecodynamische Onderneming samen een online opleiding over de ‘Optimale regeling van technische installaties in een gebouw’. Het is altijd noodzakelijk om het verbruik in uw vestigingen te beperken, maar des te meer in deze onstabiele tijden op het vlak van economie en energie. Ontdek of herontdek de waardevolle tips die in dat webinar gegeven werden!

In dit tweede deel van de gids gaan we dieper in op de regeling van de ventilatie- en verlichtingssystemen.

De regeling: waarover hebben we het?

Een systeem voor de regeling dient om een installatie zo af te stellen dat ze beantwoordt aan de reële behoefte van het gebruik van het gebouw, zodat ze enkel werkt op de juiste momenten, de juiste plekken, en in de juiste mate. Met die aanpak kunt u het energieverbruik beperken en de milieu-impact en de facturen van uw organisatie dus verlagen.

Doelgericht ventileren

Ventilatie is niet alleen verplicht in bepaalde ruimtes (zie normen), ze is ook cruciaal om ruimtes te voorzien van frisse lucht en verontreinigende stoffen binnen (bio-effluenten, vocht en geuren, emissies uit materialen enz.) af te voeren.

Ventilatie-installaties vragen echter veel energie. In bepaalde gevallen kunnen ze ook gaan concurreren met het verwarmingssysteem en de verliezen doen oplopen. Het is dus belangrijk om uw installatie goed af te stellen om de toevoer van gezonde lucht onder controle te houden.

Afhankelijk van uw installatie kunnen zich verschillende situaties voordoen:

  1. U hebt geen mechanisch verluchtingssysteem in het gebouw.

U kunt de ventilatie op geen enkele manier automatisch regelen. Verluchten gebeurt via ventilatieroosters of door de ruimtes manueel te verluchten.

Tip: verlucht bij voorkeur intensief (door het venster helemaal open te zetten) maar kort, en zet ondertussen de verwarming uit. Zo kunt u de lucht volledig verversen zonder dat de muren van de ruimte de tijd krijgen om af te koelen.

  1. U beschikt over een systeem met mechanische extractie, maar de aanvoer van lucht gebeurt op natuurlijke wijze (roosters, vensters openzetten).

De regeling heeft dan betrekking op de extractie van lucht. Daartoe hebt u verschillende tools:

    • Kies bij ruimtes die niet regelmatig gebruikt worden door mensen voor CO2-meters of aanwezigheidsdetectoren.
    • Gebruik voor ruimtes met sanitair (douches, toiletten) luchtvochtigheidsmeters of een schakelaar die al dan niet gekoppeld is aan een timer.
    • In bepaalde specifieke ruimtes zoals parkeergarages kan de extractie ook gekoppeld worden aan de CO2-concentratie in de lucht, via sensoren.

Tip: als de lokalen volgens een zekere regelmaat in gebruik zijn kan het volstaan om de ventilatie te programmeren volgens een uurregeling.

  1. U beschikt over een systeem met mechanische extractie en aanvoer (dubbelstroomventilatie).

In dat geval is het vaak mogelijk om een warmtewisselaar te gebruiken. De warmte van de afgevoerde lucht wordt dan overgedragen aan de aangevoerde lucht, wat energiewinst oplevert.

Wanneer men de warmte niet wil recupereren, bijvoorbeeld in de zomer, kan dit systeem omzeild worden met een bypass. De regeling van die bypass (instelling van data) is belangrijk om te voorkomen dat hij in de winter niet opengaat. Eventueel kan ook een verwarmingsbatterij inbegrepen zijn in het systeem.

Opgelet: Gebruik het ventilatiesysteem niet in de plaats van de verwarming, want het is niet aangepast aan dat gebruik.

Tips:

    • Stel de pulsietemperatuur in op maximaal 18 °C.
    • Schakel de warmwatertoevoer van de verwarmingsbatterij in de zomer uit.
    • Ventileer handmatig op vraag of regel de maximale CO2-waarden (800-1200 ppm) en vochtigheid (ongeveer 50%).
    • Regel het systeem volgens een klok als het gebouw regelmatig in gebruik is.
    • Zorg ervoor dat de bypass in het tussenseizoen en de winter niet opengaat.

Verstandig verlichten

Om te voorkomen dat u te veel grote ruimtes of zelfs het hele gebouw verlicht, is het belangrijk om verschillende zones af te bakenen in functie van de behoefte aan licht. Bij een traphal hoeft bijvoorbeeld enkel de gebruikte zone verlicht te worden en niet de hele hal.

Ook hier hebt u verschillende tools tot uw beschikking:

  • Klassieke aan/uit-schakelaars, voor kleine ruimtes zoals kantoren EN/OF als de gebruikers van het gebouw zich voldoende bewust zijn van het belang van energiebesparing.
  • Schakelaars met een drukknop, aangepast aan de zones waar mensen voorbijkomen. Deze zijn verbonden met een timer, en laten toe om de zone tijdelijk op vraag te verlichten.
  • Afwezigheids- en/of aanwezigheidsdetectoren, ideaal voor ruimtes van het type ‘open space’. Daarmee kunt u het licht automatisch aan of uit laten gaan in functie van de aanwezigheid.
  • Schemersensoren, die de verlichting regelen volgens het buitenlicht. Die systemen werken goed voor ruimtes die sterk blootgesteld zijn aan natuurlijk licht (atrium, glazen gevels pal op het zuiden enz.)

Tot slot moeten we ook stilstaan bij de regeling van de lichtintensiteit om de verlichting aan de behoeften aan te passen en oververlichting te voorkomen. Daarvoor zijn dimmers (draaiknoppen) en helderheidssensoren praktische hulpmiddelen.

Over ledverlichting: ledverlichting is momenteel de beste oplossing op de markt als het gaat om beperkt energieverbruik. Let er wel op de omvang van uw installatie juist te kiezen in functie van uw behoeften.

Een ander aandachtspunt: sommige ledlampen zijn niet compatibel met een dimmer. Let daar dus op en kies uw lampen in functie van uw installaties.

Wilt u een stapje verder gaan?

Hebt u het eerste deel van deze gids nog niet ontdekt? U leest er hoe u uw verwarmingssysteem juist afstelt!

Voor uitgebreidere informatie over de regeling van uw installatie in het algemeen hebt u heel wat documentatiemateriaal ter beschikking: